Paasboodschap van Zijne Heiligheid Patriarch Kirill aan de bisschoppen, priesters, monniken en alle trouwe kinderen van de Russisch-Orthodoxe Kerk

In de Heer geliefde bisschoppen, eerwaarde presbyters en diakens, Godlievende monniken en monialen, dierbare broeders en zusters!

Vanuit mijn hart, vervuld van dank aan God, roep ik u allen de grootse en verlossende boodschap toe:
CHRISTUS IS OPGESTAAN!

Van jaar tot jaar getuigt de Kerk met deze uitgeroepen Paasfelicitatie over die gebeurtenis van waarachtig universele betekenis die bijna twee duizend jaar geleden plaatsgevonden heeft. Toen kwamen in de vroege ochtend de vrouwen met welriekende kruiden en olie naar de plaats waar hun Leraar te grave was gelegd en zagen dat het graf leeg was. De Goddelijke kracht van Christus had de wet van de vergankelijkheid overwonnen. Hij was opgestaan uit de doden, daarmee aan geheel de mensheid getuigend dat de dood niet het eind van het leven is, maar dat de dood overwinbaar is voor Gods kracht.

De Opstanding van Christus, een unieke gebeurtenis in de wereldgeschiedenis, werd in overeenstemming met Gods heilsplan tevens het begin van onze persoonlijke opstanding. Juist daartoe was onze Verlosser dan ook in de wereld gekomen, had Hij geleden, was Hij gekruisigd en stond Hij op uit het graf, opdat eenieder  de mogelijkheid zou hebben de ervaring van de opstanding vanonder de doden te delen, en dat niet in de figuurlijke, maar letterlijke zin van het woord. Daarover spreekt apostel Paulus in heldere bewoordingen: “God ... zal ook ons opwekken door Zijn kracht”(1 Cor. 6:14).

Daarom is het feest van Pasen ook het feest van de overwinning van het leven op de dood, want door de Opstanding van Christus onze Verlosser is ook aan ons allen de opstanding uit de dood geschonken. En welke moeilijke omstandigheden wij hier in onze aardse leven ook moeten doormaken, welke beproevingen ons ook bezoeken, met welke angstbeelden ons diegenen ook proberen te verlammen die ons de toekomst proberen uit te tekenen zonder in het bezit te zijn van echt spiritueel vermogen,  wij moeten altijd met een gerust vertrouwen en vreugdevol in het leven staan, immers Christus is opgestaan!

In ‘Heilig Roes’ was het Paasfeest altijd het allergrootste en meest vreugdevolle feest. In de afgelopen decennia is het teruggekeerd in vele huizen en gezinnen. En heden vieren ze het ook daar, waar in het verleden geen paasfelicitatie klonk [vert.: omdat het pastoraal bezoek daar niet werd getolereerd]: in ziekenhuizen en gevangenissen, in het leger en bij de marine en zelfs in de ruimte. En moge God het geven dat buiten de uiterlijke positieve veranderingen die wat dat betreft nu in Rusland en de historisch aan Rusland verwante landen plaatsvinden, er ook een integere wedergeboorte van menselijke zielen geschiedt, dat de vreugde over Christus’ Opstanding aller harten vervult, dat met het licht van de Goddelijke liefde niet alleen onze verwanten en vrienden verwarmd worden, maar ook mensen die niet in staat zijn de kerk te bezoeken, bejaarden, zieken en eenzamen.

 Danzij de Opstanding van Christus verkrijgen gelovigen de mogelijkheid deel te nemen aan de vanuit den Hoge neergezonden genadekracht, die helpt om te leven naar Gods waarheid en geboden: vriendelijk en barmhartig te zijn, eerlijk en van goede wil tegenover anderen en met hen lief en leed te delen.

 Deze christelijke houding ten opzicht van de naaste impliceert ook betrokkenheid bij de natie, bij het eigen volk, zorgen voor gezin en haard. En terwijl de Kerk steeds de prioriteit van eeuwige geestelijke waarden benadrukt, roept Zij Haar kinderen ook op om de tijdelijke, maar werkelijke waarden van Gods schepping te koesteren: de ons omringende natuur, het rijke culturele erfgoed dat gedurende vele eeuwen door onze voorvaderen is bijeengebracht. Hoeders zijn van de geestelijke rijkdommen en tradities van de Orthodoxie betekent actief een metamorfose proberen door te maken, je innerlijke wereld te doen evolueren, en ook de schoonheid en harmonie van de ons omringende wereld te proberen te bewaren of ze daar tot wasdom te laten komen, waar ze door kwade menselijke wil verstoord zijn. Dat is de roeping en de verantwoordelijkheid van een christen.

De Heer verlangt van ons  geen onmogelijke opgaven. De ziel van iedere mens aansprekend, roept Hij steeds en steeds weer op: ‘Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven; neemt Mijn juk op u en leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw zielen;  want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.’ (Mt. 11:28-30). Om te voelen en begrijpen hoe zacht en licht dat juk is dat de Heer op onze schouders legt, moeten we leren goed te doen aan naasten en niet-naasten. Alleen de eerste stappen van dat leerproces zijn moeilijk: op tijd halt houden en een belediging niet beantwoorden met een belediging, kwaad niet met kwaad, leugen niet met leugen, veroordeling niet met veroordeling. En daarna hoef je maar één keertje de voldoening te voelen van een juiste, goede daad die een ander ten goede is gekomen, of dat nou is binnen het gezin, op het werk, in de parochie of eenvoudigweg in de omgang met buren en bekenden. Dat gevoel van voldoening is in staat uit te groeien tot een vrolijke, optimische perceptie van het leven, als die niet uit persoonlijke belangen maar vanuit een oprecht hart verrichte goede daden een deel van ons leven gaan worden. Alleen dan ook zullen wij veranderingen ten goede op maatschappelijk niveau ervaren, wanneer wij de aanwezigheid van een onverbekelijk verband erkennen tussen de door ons verrichte goede daden en het maatschappelijk welzijn.

Het gaan gebruiken van een evangelische motivatie voor onze handelingen, zowel op persoonlijk vlak als in de professionele en maatschappelijke context is in staat onzelf en de ons omringende wereld kardinaal te veranderen.

“Dat God verrijze en dat Zijn vijanden worden verstrooid!”, roepen wij uit in deze lichtstralende nacht. Dat God ook verrijze in onze harten en dat leugen, vijandschap, kwaadwilligheid, onrust en alle verdeeldheid in ons leven worden verstrooid.

Van harte feliciteer ik u allen, mijn dierbaren, met het heilig Paasfeest. Moge de hulp en zegen van de waarlijk uit de dood Verrezen Heer ieder van ons vergezellen in ons verdere dienstwerk ter ere van de Kerk, ten bate van de landen waarin wij wonen, ten gunste van onze naasten en minder direct naasten. Amen.

 +KIRILL, PATRIARCH VAN MOSKOU EN GEHEEL RUSLAND
Pasen des Heren 2011, Moskou

foto's en video's

[vertaling: priester Georgy Timmer]